Lotty Huffener-Veffer overleden

31 juli 2018

In een joods hospice in Amsterdam is vrijdag Auschwitz-overlevende Lotty Huffener-Veffer op 97-jarige leeftijd overleden. Haar familie heeft dat laten weten aan het persbureau ANP. Huffener-Veffer kreeg vooral bekendheid doordat ze zich na de Tweede Wereldoorlog inzette om de herinnering aan de Jodenvervolging levend te houden.

De Amsterdamse werd in 1943 met de rest van haar familie opgepakt en op transport gezet naar kamp Vught. Haar zusje en haar ouders werden korte tijd later gedeporteerd naar vernietigingskamp Sobibór in Polen, waar ze onmiddellijk na aankomst werden vergast.

Lotty Veffer bleef in Vught, maar werd in 1944 alsnog gedeporteerd naar Auschwitz. Ze moest in de buurt van het vernietigingskamp werken. Begin 1945, toen de Russen oprukten, moest ze mee met de zogenoemde dodenmars: door de vrieskou gingen ze langs dertien kampen. In april 1945 werd ze bevrijd.

 

Op chic

Via Denemarken en Zweden kwam Veffer in augustus 1945 terug naar Amsterdam. Ze had niets en niemand meer en de eerste nacht sliep ze op een bankje in de Apollolaan in Amsterdam. “Op chic” noemde ze dat later zelf.

Na de oorlog deed Huffener-Veffer veel om de Holocaust in de aandacht te houden. Zo zorgde ze ervoor dat bij kamp Vught het Monument der Verloren Kinderen werd neergezet. Op dat monument staan de namen van alle 1269 gedeporteerde kinderen.

 

Bankje

Ook was ze mede-aanklager tegen kampbewaker John Demjanjuk en deed ze vaak haar verhaal op basisscholen. Op de Apollolaan in Amsterdam werd vorig jaar een bankje neergezet om haar te eren.

 

Klik hier voor de uitzending waarin Jan Slagter Lotty verraste

Alle berichten